Ketenvorming: dé sleutel om industriële transformatie te versnellen

Het verduurzamen van de industrie is een belangrijke voorwaarde om ons land en onze economie toekomstbestendig te maken. Hoewel er op dat vlak veel gebeurt, gaat die transformatie nog lang niet snel genoeg. Er is sprake van transitiefalen: de nieuwe, beoogde situatie komt niet tot stand omdat bestaande machten en krachten verandering ontmoedigen en het nog ontbreekt aan (prijs)prikkels die sterk genoeg zijn om die status quo te doorbreken. Om toch tot zo’n doorbraak te komen onderzoekt TNO nieuwe vormen van ketensamenwerking. Daarbij wordt de theorie op verschillende plekken ook al in de praktijk toegepast om te kijken in hoeverre dat helpt om de industriële transformatie vorm te geven en te versnellen. En tot dusver ziet dat er veelbelovend uit.

tafel-met-papieren-analyses-handen-van-mensen-wijzen-met-pen-aan

Rapport 'Ketenaanpak als motor voor industriële transformatie: Een analyse van de grondstoffentransitie'

Er zijn in Nederland veel partijen die zich sterk maken voor een industrie waar duurzaamheid en digitalisering de leidende principes zijn. Van duurzaam bouwen tot het opzetten van ketens voor de productie van quantumcomputers, en van cyberweerbaarheid tot biobased plastics: aan initiatieven geen gebrek. De initiatiefnemers proberen met veel positieve energie over te schakelen naar duurzame verdienmodellen die bijdragen aan een langdurige en brede welvaart voor Nederland. Dat is het goede nieuws. Het minder goede nieuws: ondanks al die mooie initiatieven wil het nog niet echt vlotten met de transformatie van de industrie.

Kleine stapjes

Er is dus meer nodig. Wat precies? “Eén ding is inmiddels wel duidelijk: er is niet zoiets als een silver bullet”, benadrukt Lotte de Groen, business developer bij TNO Vector. “Dat komt omdat er veel factoren een rol spelen, zoals wetgeving, financieringsmogelijkheden, ketenafhankelijkheden en geopolitieke ontwikkelingen. Complex dus. Dat vraagt om een gefaseerde aanpak, met kleine stapjes, waarbij we telkens moeten kijken of zo’n stap ons al dan niet verder brengt. Maar dat is niet hoe veel partijen in de industrie de transformatie voor zich zien. Zij zijn op zoek naar een aanpak waarbij ze de gewenste verandering in één klap kunnen doorvoeren, het liefst met precies passend beleid én financiering van de overheid. Zolang er geen duidelijkheid en zekerheid is, blijven zij op elkaar wachten en gebeurt er niets. Zonde, want er zijn genoeg kleine dingen waar zij vandaag al mee kunnen beginnen. Al experimenterend kunnen zij tot nieuwe inzichten en oplossingsrichtingen komen die ons allemaal verder kunnen helpen.”

Geen enkele partij kan dit alleen

“Samenwerking is daarbij wel een belangrijke voorwaarde”, benadrukt Willem Manders, innovation orchestrator bij TNO Vector. “Geen enkele partij is in staat om in z’n eentje een industriële transformatie vorm te geven. Dat vraagt om een samenwerking tussen verschillende partijen die in onderlinge afstemming veranderingen doorvoeren. Zo kan de leverancier van duurzame grondstoffen niet verder wanneer er onvoldoende afnemers zijn. Dat zie je momenteel gebeuren bij plasticrecyclers. Om dergelijke problemen op te lossen zijn er nieuwe waardeketens nodig waarin ketensamenwerking centraal staat. Op plekken waar dat gebeurt, zie je dat ketenpartners in korte tijd al mooie dingen bereiken.”

Totaal verschillende werelden

Maar hoe doe je dat: zo’n nieuwe waardeketen lanceren, waarbij alle deelnemers zich sterk maken voor een industriële transformatie en daar ook hetzelfde beeld bij hebben? “Dat is een goede vraag, want bij nieuwe ketensamenwerkingsinitiatieven die zich bijvoorbeeld op duurzaamheid richten, zie je vaak dat partijen uit verschillende werelden met elkaar moeten gaan samenwerken”, geeft Manders aan. “Ik maak dat regelmatig van dichtbij mee, dat ik met mensen om de tafel zit die elkaar nog niet eerder hebben ontmoet. Als TNO faciliteren we dan dat zij elkaar eerst leren kennen, want zonder openheid en vertrouwen kom je nergens.”

Coalition of the willing

Niet meteen ter zake komen, maar eerst aandacht besteden voor het menselijke aspect en ieders belang in de verandering. Daar begint het mee. De eerste bijeenkomsten staan dan ook in het teken van het onderling delen van wensen en verwachtingen. Daarbij helpt het als de verschillende deelnemers allemaal een keer een bijeenkomst organiseren. Als ze bij elkaar over de vloer komen, ontstaat er vaak al op een natuurlijke manier een vertrouwensbasis waar verder op gebouwd kan worden. “Daarbij helpt het wel om in eerste instantie te beginnen met een coalition of the willing”, geeft De Groen aan. “Want dan zitten er partijen aan tafel die de voordelen van ketensamenwerking al zien. Bij het verkennen van de mogelijkheden zijn zij sneller bereid om verder te kijken dan hun eigen verdienmodel en het gezamenlijk belang centraal te stellen.”

Bruggenbouwer

Missen er bij de startbijeenkomst nog belangrijke partijen? Dat hoeft volgens De Groen niet erg te zijn: “Vaak blijkt het mogelijk om met de aanwezige deelnemers al wel een deel van de keten op te zetten en experimenten op te zetten die helpen om zo’n samenwerking in korte tijd naar een hoger niveau te tillen.”

“En als TNO zijn wij daarbij een soort van bruggenbouwer”, vult Manders aan. “Dan kijken we bijvoorbeeld hoe de businessmodellen van de betrokken partijen eruitzien en of we tot businessmodellen voor de nieuwe keten kunnen komen waar iedereen zich in kan vinden. Vaak komen er in die verkennende fase onzekerheden aan het licht die alleen door andere partijen kunnen worden opgelost. De overheid bijvoorbeeld. Als TNO pakken wij dat dan op.

Zes uitgangspunten

Naast het feit dat industriële transformaties op zich al zeer complex zijn, is van tevoren niet met zekerheid te zeggen wie straks de winnaars en verliezers zullen zijn. Dat zorgt voor onzekerheid. Wordt er niet goed nagedacht over hoe partijen tot een eerlijke verdeling kunnen komen? Dan kan er al snel onenigheid ontstaan over de aanpak. Een transformatie is dus alleen mogelijk als het lukt om de complexiteit en onzekerheid te verminderen en ervoor te zorgen dat de onenigheid tussen verschillende partijen afneemt. Op basis van dat inzicht is TNO Vector tot zes uitgangspunten voor een succesvolle ketenaanpak gekomen:

  1. Biedt handelingsperspectief
  2. Vorm een adaptief lerend systeem
  3. Creëer meervoudige waarden
  4. Ga uit van gezamenlijkheid
  5. Bouw op een onafhankelijke regievoerder
  6. Wees transparant

Praktijkervaringen opdoen

Tot zover de theorie. Ondertussen werken De Groen, Manders en andere specialisten van TNO Vector ook al mee aan verschillende ketensamenwerkingsprojecten zoals het Groeifondsprogramma BioBased Circular. “Dat alles helpt ons om in de praktijk te onderzoeken of een georganiseerde ketenaanpak de beste strategie is om tot succesvolle industriële transformaties te komen”, geeft De Groen aan. “Ons plan is dan ook om in meerdere sectoren hands-on te helpen met de ketenaanpak. Daarnaast willen we een community creëren van mensen en partijen die zich met de transities en ketenontwikkeling bezighouden en met de opschaling daarvan. Want wij zijn op dit vlak ook nog op zoek naar best practices en we zijn ervan overtuigd dat we nog veel van elkaar kunnen leren.”

“We kijken er ontzettend naar uit om ook dit jaar met medestanders te experimenteren, te leren en transities verder te brengen in de projecten waar we al bezig zijn”, besluit De Groen. “En ben je geraakt door dit verhaal? Neem dan vooral contact met ons op. Samen komen we verder!”

Wat werkt goed bij ketensamenwerking en wat juist niet? Om van elkaar te kunnen leren, organiseerde TNO In oktober van het afgelopen jaar een bijeenkomst voor peers die ook bezig zijn met ketenontwikkeling en -opschaling. Zo’n event zal ook dit jaar plaatsvinden. Op de hoogte blijven van ontwikkelingen op het vlak van ketensamenwerking en een bericht ontvangen zodra er een datum voor de komende bijeenkomst is geprikt? Stuur dan een mail naar Lotte.degroen@tno.nl.

figuur 4.2

Tot een actieve ketenvorming komen: zes uitgangspunten

Recente artikelen